Feestdag: 25 april

Evangelist die tussen 60 en 64 het oudste evangelie schreef. Hij woonde in Jeruzalem, was van 45 tot 49 de reisgezel van Paulus en Barnabas, maar keerde eerder terug. Later trok hij met Barnabas naar Cyprus. Omstreeks 75 stierf hij de marteldood in Alexandrië.

Marcus wordt afgebeeld met een gevleugelde leeuw, soms met een boek tussen de voorpoten. Het (woestijn) dier, dat aan het begin van zijn evangelie voorkomt in de figuur van Johannes de Doper* in de woestijn, symboliseert zowel spiritualiteit (vleugels) als kracht (leeuw). Als evangelist houdt hij een schriftrol, boek, pen of ganzenveer vast en zit hij dikwijls aan een schrijftafel. Af en toe wordt hij voorgesteld met een knots of een koord omdat hij in Alexandrië aan een touw door de stad werd gesleurd.

Marcus is de patroonheilige van opticiens, glasschilders, klerken, secretaressen, schrijvers en notarissen. Ook bouwvakkers en metselaars vereren hem als schutspatroon, wegens een reddingswonder bij de bouw van de San Marco in Venetië, waar zijn relieken zich bevinden: toen een metselaar van een stelling viel, riep hij de naam van de heilige en bleef hij ongedeerd.

Marcus’ hulp werd ingeroepen tegen schurft, een plotse dood, bliksem en onweer.