Wat is honger?

Als onze maag knort, denken we dat het van de honger is, maar is dat wel zo?

Voor 815 miljoen mensen is dat een dagelijkse realiteit: zij eten – met wat geluk – maar één maaltijd per dag. Vaak iedere dag hetzelfde. Het gebrek aan goede voedingsstoffen bedreigt de gezondheid.

Drie vierde van de mensen die honger hebben, woont op het platteland. Het zijn veelal boeren, dus zij die zelf het voedsel kweken.

 

 

 

 

Help honger de wereld uit!

De nieuwe campagne van Broederlijk Delen gaat de strijd aan tegen de verborgen honger en ondervoeding in Oeganda. Het vruchtbare land lijkt voldoende te bieden voor elke landbouwer. Schijn bedriegt.

Dankzij de vruchtbare bodems en het gematigde klimaat, kunnen boeren vaak net genoeg produceren om hun gezin te voeden. Maar ze verdienen niet genoeg om extra eten te kopen waardoor hun maaltijden erg eenzijdig zijn.

Klimaatverandering en de razendsnel groeiende bevolking maken hen nog kwetsbaarder.

Tijdens deze campagne ontdek je hoe boeren in Oeganda de strijd tegen honger winnen. Dat doen ze niet alleen.

Broederlijk Delen en zijn twaalf lokale partnerorganisaties werken aan oplossingen op lange termijn en stellen alles in het werk om honger te voorkomen. Dankzij jouw steun kunnen 62.000 boerenfamilies hun gezin voeden met voldoende, gevarieerd én gezond eten.

 

 

Maak kennis met Grace!

Grace Ninseka (41) en haar gezin zijn één van die families die ondersteuning ontvangt. Ook Grace slaagde er niet in voldoende voedsel te produceren om de hongerige magen van haar kinderen te vullen. In april 2015 kwam Grace in contact met COSIL, een lokale organisatie waarmee Broederlijk Delen samenwerkt. COSIL identificeerde het gezin van Grace toen als een ‘heel arm gezin’. Grace getuigt: ‘Ons gezin at maar één keer per dag. De kinderen gingen vaak met honger naar bed. Ik had niet genoeg geld om ze naar school te sturen. We hadden kookpotten, maar niet genoeg borden of bekers. Ons strooien dak was niet bestand tegen de hevige regen.’

Met een startkapitaal van 53 euro, gefinancierd door COSIL en Broederlijk Delen, kon Grace een kleine onderneming starten. ‘In mijn dorp wordt door de boeren veel maniok verbouwd. Ik koop bij een boer een deel van de oogst op. Ik verwerk de maniok tot meel.’ Uit de verkoop van het eerste jaar kon ze voor haar gezin matrassen, lakens en dekens kopen.

 

 

 

 

Leven als landbouwer vraagt moed

Oeganda. Het land in Oost-Afrika wordt ‘de parel van Afrika’ genoemd. Zeker de regio van het Rwenzorigebergte, in het zuidwesten van het land, staat gekend voor zijn natuurpracht. Met zijn groene heuvels, microklimaat en vruchtbare gronden verwacht je overvloed. Schijn bedriegt.

Door de grote bevolkingsgroei bezitten de meeste boeren er steeds kleinere stukken grond. Het wordt moeilijker om alle monden in het gezin te voeden. Bovendien produceren boeren vaak teveel van hetzelfde. Veel koolhydraatrijke voeding, weinig groenten en fruit. De eenzijdige voeding bedreigt de gezondheid, vooral van kinderen.

De Oegandese overheid investeert amper in landbouw en de ontwikkeling van het platteland. De weinige steun die er is gaat vooral naar marktgewassen zoals koffie, thee of cacao.

Boeren kunnen er meer geld voor krijgen. Maar als ze hun stukje grond volplanten met die marktgewassen, houden ze geen gewassen over voor eigen consumptie. Bij een slechte oogst of lage marktprijzen hebben ze dan niks om op terug te vallen. En slechte oogsten komen jammer genoeg steeds vaker voor.

De klimaatverandering zorgt voor langere droge seizoenen. Onverwachte hevige regens veroorzaken aardverschuivingen. Een ramp voor de landbouwers. Ook onaangepaste landbouwtechnieken hebben een negatieve impact op de omgeving.

De eens zo groene heuvels veranderen in onvruchtbare kale bergen waardoor de oogsten dalen. Wie wil er dan nog boeren? Jongeren zien hun ouders worstelen en zoeken naar andere mogelijkheden om geld te verdienen. Maar die lucratieve jobs liggen zelfs voor goed geschoolde jongeren niet voor het rapen.