Feestdag: 11 augustus.

Geboren rond 1194 in Assisi als Chiara Offreduccio, dochter van een rijke edelman. Zij was de eerste volgelinge van Franciscus van Assisi en stichteres van de clarissen.

Clara van Assisi draagt het bruine habijt van de orde met zwarte sluier, een witte hals sluier en een gordel van touw met drie knopen om het middel (de oorspronkelijke kleur van het habijt was bij franciscanen en clarissen grijs). Haar bekendste attribuut is een monstrans of ciborie die ze in de hand houdt en waarvan het onderste deel dikwijls bedekt is met een witte doek of sluier. Het attribuut verwijst naar een legende: eens bestormden de Saracenen de muren van het klooster, maar toen Clara hun het Heilig Sacrament toonde, werden ze met blindheid geslagen en stortten ze naar beneden.

Andere attributen zijn een lelie, een (regel) boek, een abdissenstaf, een kruisbeeld, een brandende lamp (als patrones van de blinden) en een eenhoorn (symbool van maagdelijkheid en zuiverheid). Soms heeft zij een of meerdere broden bij zich, volgens de legende dat er op een dag in het klooster maar één brood meer was voor vijftig mensen. Nadat Clara het brood gezegend had, was er voldoende brood voor iedereen. Zij wordt ook afgebeeld in zwart habijt of als bedelares en heel vaak in het gezelschap van de H. Franciscus.

Wegens de legende van de blind geworden Saracenen is Clara patrones voor de blinden, maar ook vele andere beroepsgroepen vereren haar als beschermheilige: wasvrouwen, borduursters, graveurs, glasblazers en – schilders, radio- en televisiepersoneel (naar de legende dat zij vanuit haar ziekbed de nachtmis drie kilometer verderop perfect kon volgen).

Zij werd aangeroepen tegen koorts, oogziekten en voor mooi weer – wegens haar naam: het Latijnse clarus, vrouwelijk clara, betekent ‘helder, klaar’.

Om mooi weer te krijgen worden tot op heden nog steeds ‘eieren naar de clarissen gedragen’.

Clara van Assisi overleed in 1253 en werd twee jaar later heilig verklaard.