Op 14 september viert de Kerk het feest van de Kruisverheffing. Ook bij de Orthodoxen is dit een belangrijk feest. Het feest gaat terug op een mengeling van historische feiten, legenden en overlevering. Wat betekent dit feest?

Kruisvinding en Kruisverheffing

Uit het verleden hebben we twee begrippen overgeërfd die verwarrend kunnen zijn namelijk Kruisvinding en Kruisverheffing. Het waren trouwens eertijds twee verschillende feesten die tot één feest zijn teruggebracht.

De Kruisvinding gaat terug op de (legendarische?) terugvinding van het kruis van Jezus Christus door keizerin Helena, moeder van keizer Constantijn rond 325. Het is een historisch feit dat keizerin Helena rond die tijd een rondreis maakte door Palestina en in een grot bij Jeruzalem drie kruisen ontdekte. Haar reisgenoot Eusebius, bisschop van Caesarea, maakt daar melding van en even later ook Ambrosius, bisschop van Milaan. De legende vertelt dat een zieke vrouw op de drie kruisen is gaan liggen en dat ze bij het derde kruis werd genezen. Dat kruis werd vanaf dan erkend als het kruis van Jezus.

De Kruisverheffing gaat terug op de inwijding van de heilige Grafkerk of de Verrijzeniskerk in Jeruzalem op 13 september 335. Deze kerk omvat de Calvarie, het graf van Jezus en de vindplaats van de drie kruisen.

Betekenis

Uiteraard gedenken wij op deze dag het lijden en de kruisdood van Jezus zoals we dat ook doen op Goede Vrijdag. Bij de oorsprong van het feest, de kerkwijding dus, werd het kruis van Jezus aan de menigte getoond. Op Goede Vrijdag hebben we een gelijkaardig ritueel als het kruis de kerk wordt ingedragen en tot driemaal toe omhooggeheven terwijl gezongen wordt: ‘Dit is het kruis waaraan de Redder van de wereld heeft gehangen’. Dit ritueel gaat dan weer terug op de Bijbelse uitspraak van Jezus: ‘De Mensenzoon moet omhoog worden geheven zoals Mozes eens de slang omhooghief in de woestijn, opdat eenieder die gelooft in Hem eeuwig leven zal hebben’ (Joh. 3,14). En hierbij verwijst Jezus naar een gebeurtenis tijdens de woestijntocht van de Israëlieten. Op een bepaald ogenblik  keert het volk zich tegen Mozes. Als ‘straf’ worden ze geplaagd door giftige slangen waartegen ze maar beschermd worden als ze een bronzen slang maken, op een paal zetten en naar die slang opzien om gered te worden (Num. 21,4-9). Dit verhaal wordt als eerste lezing gelezen tijdens de eucharistieviering van het feest van de Kruisverheffing.

Viering

In de heilige Grafkerk in Jeruzalem wordt dit feest uitbundig gevierd met grootse plechtigheden en processies. Er is dan ook een overrompeling van gelovigen maar vooral van toeristen zoals dat (een beetje helaas) ook op de andere dagen het geval is. Stilte en ingetogenheid zijn er jammer genoeg nog maar zelden te vinden.

Maar christenen hebben geleerd dat het lijden en de kruisdood van Jezus niet op zichzelf staan. Ze blijven uiteraard de diepe betekenis behouden van Gods onbegrensde liefde voor de mens. Maar ze worden altijd verbonden met de verrijzenis van Jezus. Want ook dat is een teken van Gods oneindige liefde namelijk dat geen mens ooit blijft steken in de dood maar altijd zal doorgaan naar de opstanding, de verrijzenis tot eeuwig leven. Daarom is men ook meer en meer gaan spreken van Verrijzeniskerk in plaats van de heilige Grafkerk.

Mijn lijden

Dit liturgisch feest nodigt ons uit om ons eigen lijden te verenigen met het lijden van Christus. Zoiets wordt nogal gemakkelijk gezegd maar is niet gemakkelijk te doen. Het gaat dan natuurlijk niet om de kleine ongemakken en prutserige obstakeltjes die nu eenmaal onvermijdelijk zijn in een mensenleven. Ernstiger wordt het als we levensbedreigend ziek worden of zwaar psychisch lijden moeten doorstaan. Wie dan kan opkijken naar de lijdende Christus, wie in zijn geloof dan de kracht kan vinden om het lijden aan de Heer toe te vertrouwen zal er op zijn minst troost en sterkte in vinden. Jezus is ons voorgegaan in lijden en dood. Hij heeft als de meest menselijke mens zijn verlatenheid uitgeschreeuwd op het kruis. Ook daarin mogen we Hem navolgen. Maar uiteindelijk vond Hij de kracht om te zeggen: ‘Vader, in uw handen beveel ik mijn geest’. Het antwoord van de Vader liet even op zich wachten maar op de derde dag, die Paasmorgen, is Hij verheerlijkt uit de dood opgestaan.

Natuurlijk mag ik met al mijn krachten vertrouwvol bidden om genezing. Doch als dit niet mogelijk blijkt dan is er het perspectief van het eeuwig leven. Moge dit dan mijn troost zijn.

Weetje: In Mal wordt de parochiekerk de Heilige Kruisvindingskerk genoemd. Dat is ook het geval in de parochie Achel-Statie.

Rik Palmans