Feestdag: 18 september.

Aldaar geboren in 1603 en overleden in 1663. Hij was eerst lekenbroeder-kapucijn, maar werd weggestuurd omdat hij alles liet vallen en men van hem meer last dan gemak had. Daarna werd hij franciscaan in het klooster La Grotella. Zijn leven werd gekenmerkt door merkwaardige verschijnselen: extases, wonderen, profetieën en zelfs levitaties (hij zou wel een halfuur lang in de lucht hebben kunnen blijven), waardoor hij bekend werd als ‘de vliegende monnik’. Hierdoor trok het klooster vele gelovigen aan. Ten slotte moest hij voor de inquisitie verschijnen, maar werd onschuldig verklaard en naar een verafgelegen klooster gestuurd.
Jozef van Copertino wordt voorgesteld in bruin habijt met vleugels op de rug en soms als priester met albe en kazuifel over zijn habijt. De vleugels ontbreken af en toe, maar ook zonder vleugels zweeft hij in de lucht, meestal voor of in de nabijheid van een Mariabeeld.
In sommige gevallen houdt hij een hostie in de hand of zweeft hij naar een hostie die een andere priester bij het altaar omhoog heft. Af en toe houdt hij één vinger opgeheven ter hoogte van zijn gezicht. Wegens zijn levitaties werd Jozef van Copertino schutspatroon van de astronauten (sinds 19963), ruimtevaarders, luchtreizigers en vliegeniers.
Heilig verklaard in 1767.