Een van de ontroerendste teksten in het evangelie vinden we bij Johannes. Op het kruis vertrouwt Jezus zijn moeder toe aan de jongste apostel: “Vrouw, ziedaar uw zoon. Zoon, ziedaar uw moeder” (Jo 19,26-27). De draagwijdte van die woorden moeten we begrijpen in de sociale context van die tijd. Kinderen werden verondersteld voor hun ouders te zorgen, zeker als die oud waren of weduwe. Gebeurde dat niet dan waren ze tot de bedelstaf veroordeeld. Denk aan het verhaal van de weduwe van Naïm (Lc 7,11-17). Op het kruis zorgt Jezus ervoor dat zijn moeder een beet-je sociale zekerheid heeft. Johannes neemt die opdracht ter harte want hij schrijft er zelf bij: “En van dat ogenblik af nam de leerling haar bij zich in huis”.
Uit deze woorden heeft de Kerk af- geleid dat Johannes daar stond voor alle mensen van alle tijden en dat Je- zus Maria ook aan ons tot moeder heeft gegeven.
Lange Voorgeschiedenis
De bijzondere verering van Maria is eigenlijk vrij laat ontstaan tenminste in de volkse gebruiken zoals wij die kennen. Dat is te begrijpen omdat de eerste zorg van de jonge Kerk erin bestond om de verrijzenis van Jezus te verkondigen: “Hij is niet dood. Hij is verrezen!” Dat noemt men het eerste kerugma. Ver- volgens had men aandacht voor wat die Man die uit de dood is opgestaan had gedaan en verteld. Dan komen de eerste discussies over praktische kwesties maar ook over inhoudelij- ke vragen zoals we reeds in de Han- delingen van de apostelen kunnen lezen. In de vierde eeuw is de on- rust groot als er een leer de ron- de doet die beweert dat Jezus Chris- tus wel een edel mens is maar niet God. Keizer Constantijn de Grote wil rust en roept 318 bisschoppen bijeen in 325 (1700 jaar geleden!) inNicea (in de buurt van het huidi- ge Trabzon, Turkije). Daar wordt onder andere de eerste geloofsbelij- denis vastgelegd (de langere versie) waarin duidelijk staat dat Jezus God enmensis.
Het concilie van Efeze in 431 zal nogmaals bevestigen dat Jezus waarlijk God en waarlijk mens is en dat Maria dus de Moeder van God is.
Maria terere
De volks verering voor Maria is pas vrij laat op gang gekomen. Er was wel eerbied voor Maria. Daarvan getuigen de eerder legendarische Mariabasiliek van 352 in Rome maar zeker ook de huidige romeinse basiliek Maria Maggiore die in 431 gebouwd werd als bevestiging van het dogma van Maria als moeder van God, een jaar eerder op het concilie van Efeze.
“In de verschillende Kerken van het oosten en het westen kent men op onderscheiden momenten ‘Maria Maanden’. In de byzantijnse ritus is vanaf de dertiende eeuw de maand augustus, waarvan de liturgie gericht is op het hoogfeest van de “dormitio” van Maria (15 augustus), een ware “Mariamaand”; in de koptische ritus valt de “Mariamaand” in wezen samen met de maand kiakh (december-januari) en is hij liturgisch gestructureerd rond Kerstmis.
In het westen heeft men de eerste getuigenissen van de meimaand die toegewijd is aan de Maagd, tegen het einde van de zestiende eeuw. In de achttiende eeuw komt de Maria- maand veel voor in de moderne betekenis van het woord; het betreft echter een tijd waarin de herders hun apostolisch handelen – behalve wat de boetedoening en het eucharistisch offer betreft – niet zozeer op de liturgie richten, als wel op de oefeningen van godsvrucht en bij voorkeur de gelovigen in die richting sturen. In het westen hebben zich parallel aan de liturgische eredienst de aan de Maagd Maria toegewijde maanden ontwikkeld die opgekomen zijn in een tijd waarin men zelden verwees naar de liturgie als naar een normatieve vorm van de christelijke eredienst” (Directorium over volksvroomheid en liturgie, nr. 190).
Volks
Eigenlijk is destijds de officiële liturgie als te moeilijk ervaren en hebben de herders hun gelovigen een gemakkelijkere kant opgestuurd. Het succes hiervan heeft geleid tot wat nu nog de Mariadevotie is. Volksdevotie heeft zich ook altijd ontwikkeld in de moedertaal terwijl de officiële liturgie in het Latijn gebeurde.
Maar niets moet ons beletten om Maria te eren als we God maar niet uit het oog verliezen. We eren Ma- ria vooreerst als onze moeder in het geloof maar zeker ook als moeder die ons door Christus gegeven is en als zodanig kunnen we altijd bij haarterecht.
Rik Palmans