(Richardis)

Feestdag: 18 september.

Adellijke dame uit de Elzas, omstreeks 840 in Andlau geboren. Zij huwde de Duitse keizer Karel III de Dikke, maar werd van ontrouw beschuldigd. Een vuurproef met gloeiende ploegscharen bewees haar onschuld (een gelijkaardig verhaal als bij Cunegundis van Luxemburg*). Toch trok ze zich daarna terug in het door haar gestichte klooster van Andlau, waar ze rond 895 overleed.

Richarda draagt een zwart habijt en heeft een abdissenstaf in de hand, al is zij waarschijnlijk nooit abdis geweest. Haar bekendste attribuut is de vuurpot waarin de ploegscharen verhit werden. Het thema van de vuurproef wordt ook uitgebeeld door vlammen of door een brandstapel waarop ze staat, soms vergezeld van een berin. Dat dier had haar volgens de legende aangewezen waar ze het klooster van Andlau moest bouwen. Een kroon aan haar voeten wijst op haar adellijke afkomst en haar huwelijk met de Duitse keizer. De voorstelling in koninklijke gewaden is zeldzaam. Een ploegschaar in de hand komt wel voor.

Richarda van Andlau werd aangeroepen tegen brandwonden, brandgevaar en vuur. Heilig verklaard in 1049.